Richtlijn 2005/36 betreffende de erkenning van beroepskwalificaties

Ondernemingen die in een andere lidstaat gevestigd zijn, kunnen beslissen om hun activiteiten uit te breiden naar België. De voorwaarden voor het bewijs van de beroepskwalificaties verschillen dan naargelang de onderneming:

  • een vestiging neemt in België;
  • of hier enkel tijdelijk en occasioneel actief is.

1. Beroepskwalificaties

De richtlijn 2005/36/EG legt vast welke regels de ontvangende lidstaat moet volgen als u in uw lidstaat van oorsprong beroepskwalificaties heeft verworven die u toelaten daar uw beroep uit te oefenen.

Om van de voordelen van de richtlijn te kunnen genieten, gelden volgende voorwaarden:

Onderdaan zijn van een lidstaat

Wordt als lidstaat beschouwd: elke staat die deel uitmaakt van de Europese Unie (EU) of de Europese Economische Ruimte (EER: EU plus IJsland, Liechtenstein en Noorwegen), en Zwitserland

Grensoverschrijdend karakter

U moet uw voornaamste beroepskwalificaties in een andere lidstaat of een ander land hebben verworven dan waar u uw beroep wilt uitoefenen.

Voorbeeld: de Richtlijn 2005/36/EG kan van toepassing zijn op een Italiaanse ingenieur die volledig in Italië gekwalificeerd is en zijn beroep van ingenieur in Spanje wil uitoefenen; of op een Franse fysiotherapeut die volledig in België gekwalificeerd is en zijn beroep van fysiotherapeut in Frankrijk wil uitoefenen. Maar zij is niet van toepassing op een arts van Hongaarse nationaliteit die zijn kwalificaties in eigen land heeft verworven en het beroep ook daar wil uitoefenen.

Beroepskwalificaties

De richtlijn 2005/36/EG heeft enkel betrekking op de erkenning van beroepskwalificaties en op beroepsbeoefenaars. Beroepsbeoefenaars zijn personen die over de nodige kwalificaties beschikken om een beroep uit te oefenen.

Een erkenning van de beroepskwalificaties is uiteraard enkel nodig indien u een gereglementeerd beroep  wil uitoefenen. Indien het beroep niet gereglementeerd is in de ontvangende lidstaat, dan mag u het vrij uitoefenen.

Om te kunnen genieten van de erkenning voorzien in de richtlijn, moet u op legale wijze gevestigd zijn in uw lidstaat van oorsprong  (in het kader van de vrije dienstverrichting) of volledig gekwalificeerd zijn (in het kader van de vestiging).

Richtlijn 2005/36/EG voorziet voor een beperkt aantal beroepen ook de mogelijkheid om uw beroepskwalificaties te bewijzen via een Europese Beroepskaart (EPC).

2. Verschil tussen dienstverrichting en vestiging

De regels verschillen naargelang u zich permanent wilt vestigen in een andere lidstaat of er tijdelijk gaat werken.

U “vestigt” zich als u zich op stabiele en duurzame wijze installeert in een lidstaat.

Voorbeeld: een Belgische logopedist die België verlaat en in Frankrijk een praktijk begint, vestigt zich in Frankrijk; een Slowaaks ingenieur die door een Tsjechisch bedrijf in dienst wordt genomen op basis van een contract voor onbepaalde tijd, vestigt zich in Tsjechië.

In die gevallen kunt u gebruikmaken van de regels van richtlijn 2005/36/EG die gelden voor  vestiging.

Als u al wettelijk gevestigd bent in een lidstaat en u uw beroep tijdelijk in een andere lidstaat wilt uitoefenen, dan verricht u een dienst in die lidstaat en kunt u gebruik maken van de regels voor het verrichten van diensten. Het tijdelijke karakter van de prestaties wordt geval per geval beoordeeld.

Voorbeeld: een Spaanse dierenarts die gedurende drie maanden een plaatsvervangende functie vervult in een veterinaire praktijk in Portugal, verricht een dienst in Portugal; een Estse arts die drie dagen per maand patiënten verzorgt in Letland, verricht een dienst in Letland; en ook een Spaanse duiker die vier maanden gaat werken op een olieplatform in het Verenigd Koninkrijk, verricht een dienst.

3. Tijdelijke dienstverrichting

Om gebruik te kunnen maken van de regels voor het verrichten van diensten, moet u op wettige wijze gevestigd zijn in een lidstaat, de lidstaat van vestiging. U bent op wettige wijze gevestigd als u aan alle voorwaarden voldoet om een beroep uit te oefenen in een lidstaat en er geen enkel – ook geen tijdelijk – verbod tegen u is uitgevaardigd om dat beroep uit te oefenen. U kunt als zelfstandige of in loondienst gevestigd zijn. U hoeft het beroep niet noodzakelijkerwijs uit te oefenen op het moment dat u overweegt de dienst te verrichten.

Voorbeeld 1: u bent een Franse architect, ingeschreven bij een beroepsorde; u bent op wettige wijze in Frankrijk gevestigd, ook als u het beroep van architect nog niet daadwerkelijk in Frankrijk uitoefent; als u daarentegen nog niet ingeschreven bent bij de orde, bent u niet op wettige wijze gevestigd.

Voorbeeld 2: u werkt in België als dierenarts en bent in loondienst bij een dierenkliniek. U bent op wettige wijze gevestigd in België.

Als noch het beroep waarvoor u gekwalificeerd bent, noch de opleiding gereglementeerd is in uw land van vestiging, kan de ontvangende lidstaat eisen dat u het beroep één jaar lang hebt uitgeoefend in uw lidstaat van vestiging. Die eis kan u echter niet worden opgelegd als u:

  • een beroep uitoefent in verband met ambachten, handel of industrie, zoals vermeld in bijlage IV van Richtlijn 2005/36/EG;
  • als u een beroep uitoefent met een stelsel van automatische erkenning: arts, verantwoordelijk algemeen ziekenverpleger; beoefenaar van de tandheelkunde; dierenarts; verloskundige; apotheker of architect.

De bevoegde Belgische autoriteit kan eisen dat u, wanneer u voor het eerst naar België komt om hier diensten te verrichten, haar vooraf in kennis stelt met een schriftelijke verklaring, met daarin de gegevens over verzekeringsdekking of soortgelijke individuele of collectieve vormen van bescherming inzake beroepsaansprakelijkheid. Die verklaring wordt eenmaal per jaar verlengd indien u van plan bent om tijdens dat jaar in België tijdelijke of incidentele diensten te verrichten. U mag de verklaring met alle middelen aanleveren.

Een voorafgaande controle van de beroepskwalificaties kan geëist worden voor de volgende beroepsactiviteiten

Hierbij vindt u de lijst van gereglementeerde beroepen met vermelding van de bevoegde autoriteiten voor wat de tijdelijke en occasionele uitoefening betreft.

4. Vestiging

Bij de vestiging bestaan drie stelsels:

  • algemeen stelsel van erkenning van beroepskwalificaties;
  • automatische erkenning;
  • erkenning van beroepservaring.

Algemeen stelsel van erkenning van beroepskwalificaties

  • Wanneer een lidstaat voor de toegang tot of de uitoefening van een gereglementeerd beroep  beroepskwalificaties vraagt, moeten de voorwaarden die die ontvangende lidstaat oplegt aan aanvragers die in het bezit zijn van het bekwaamheidsattest of de opleidingstitel die in een andere lidstaat verplicht zijn voor de toegang tot of uitoefening van dat beroep dezelfde zijn als voor de eigen onderdanen.
  • Indien het beroep of de opleiding niet gereglementeerd zijn in de lidstaat van oorsprong, moeten de aanvragers het beroep ten minste een jaar voltijds uitgeoefend hebben gedurende de afgelopen tien jaar.

De bevoegde autoriteit van de ontvangende lidstaat kan van de aanvrager eisen dat hij een aanpassingsstage van maximaal drie jaar volbrengt of een bekwaamheidsproef aflegt in een van de volgende gevallen:

  • wanneer zijn opleiding substantieel verschillende materies omvat in vergelijking met de opleiding die in de ontvangende lidstaat vereist is;
  • wanneer het beroep in de ontvangende lidstaat een of meer gereglementeerde activiteiten omvat die niet bestaan op het niveau van de lidstaat van oorsprong en dat verschil een specifieke en verplichte opleiding inhoudt gericht op substantieel verschillende materies.

Automatische erkenning

De ontvangende lidstaat erkent de opleidingstitels die voldoen aan de minimale opleidingsvereisten die door de richtlijn vastgesteld zijn (u vindt de opleidingstitels terug in de bijlagen V en VI van Richtlijn 2005/36/EG).

Volgende beroepen vallen onder dat systeem:

  • artsen;
  • verantwoordelijke algemeen ziekenverplegers;
  • beoefenaars van de tandheelkunde;
  • dierenartsen;
  • verloskundigen;
  • apothekers;
  • architecten.

Erkenning van beroepservaring

Deze erkenning slaat hoofdzakelijk op beroepen in de handel en ambacht (zie bijlage IV van de Richtlijn 2005/36/EG).

De beroepsbeoefenaar die een zekere beroepservaring bezit, eventueel aangevuld met een opleiding, kan de erkenning verkrijgen via een EU-verklaring.

Meer informatie over de EU-verklaring in België 

Hierbij vindt u de lijst van gereglementeerde beroepen met vermelding van de bevoegde autoriteiten voor wat de permanente vestiging betreft.

Als u zich in België vestigt moet u zich inschrijven bij de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO). Voor deze inschrijving moet u contact opnemen met de ondernemingsloketten.

5. Europese beroepskaart (EPC)

Richtlijn 2005/36/EG voorziet voor een beperkt aantal beroepen ook de mogelijkheid om uw beroepskwalificaties te bewijzen via een Europese Beroepskaart (EPC). Dit instrument heeft als doel de erkenning van beroepskwalificaties gemakkelijker en sneller te maken door de bevoegde autoriteit van het land van herkomst een aantal acties te laten uitvoeren. De beroepskaart is echter niet verplicht om uw beroepskwalificaties te bewijzen.

Als u kiest voor de beroepskaart, moet u vooraf contact opnemen met de bevoegde administratie in uw land van herkomst.

De Europese Beroepskaart is beschikbaar voor volgende beroepen:

  • Kinesitherapeut
  • Verpleegkundige
  • Apotheker
  • Vastgoedmakelaar
  • Berggids

Meer informatie nodig?

U vindt meer nuttige informatie terug in de FAQ van het Belgisch Assistentie centrum voor de erkenning van beroepskwalificaties (Be-Assist).